Kamerbrief over gegevensverwerking in radicaliseringsaanpak
Als een persoon wordt aangemeld voor bespreking in het casusoverleg radicalisering, wordt dit niet gezien als een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Een betrokkene kan dan ook geen bezwaar en beroep instellen tegen die aanmelding.
Motie Nicolaï
Dat heeft minister David van Weel (Justitie en Veiligheid) in een brief aan de Eerste Kamer laten weten. Van Weel reageert hiermee op de motie van Peter Nicolaï (PvdD). In deze motie wordt de regering verzocht om na te gaan of tegen de beslissing beroep openstaat.
Weegploeg
De afweging om iemand te bespreken in het casusoverleg radicalisering, wordt gemaakt door een zogenoemde ‘weegploeg’. Deze bestaat uit de burgemeester van de gemeente waar de betrokkene verblijft, het Openbaar Ministerie en de politie. De gevolgen van de gegevensuitwisseling op dat moment zijn, volgens de minister, beperkt en gemakkelijk ongedaan te maken.
Treiteraanpak
Dit is anders dan bij de Amsterdamse treiteraanpak die grootschaliger en repressiever van aard is. Deze treiteraanpak, bedoeld om ernstige overlast en intimidatie in de woonomgeving tegen te gaan, vormde de aanleiding voor de motie van Nicolaï. De Raad van State oordeelde vorig jaar dat de beslissing om iemand op te nemen in de treiteraanpak, moet worden gelijkgesteld met een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, zodat daartegen bezwaar en beroep mogelijk is.
Rechtsbescherming gewaarborgd
Volgens de minister is de aanmelding voor bespreking in het casusoverleg radicalisering geen besluit omdat het een feitelijke handeling betreft zonder rechtsgevolg. In zijn brief benadrukt hij dat de rechtsbescherming voor betrokkenen voldoende is gewaarborgd. Mocht de Raad in de toekomst anders oordelen, of als uit de invoeringstoets blijkt dat er aanleiding is om dit standpunt te herzien, dan zal de minister dit meenemen in zijn overwegingen en eventueel met een wetswijziging te komen.